Vejer de la Frontera, het lievelingetje van Zuid Spanje
Vejer de la Frontera is een plaatje. Dit witte vestingstadje op 10 minuten van de maagdelijke stranden van de Costa de la Luz ligt spectaculair op een groene heuvel van 220 meter hoog. Met haar rug naar zee en uitkijkend over de bergen van de Alcornocales en de glooiende velden van la Janda, waar in het voorjaar miljoenen zonnebloemen bloeien.

“La niña mimada del sur” – het lievelingetje van het zuiden – wordt Vejer ook wel genoemd. Met haar smetteloos witte huizen en daar bovenuit in zandkleur de kerktoren, het kasteel en de Arabische stadsmuren. Hier lijkt het of de tijd heeft stil gestaan en je zó in een sprookje stapt!

Vejer en de schatten in de omgeving
Vejer is een prachtig intact monumentaal stadje. Met smalle, steile straatjes en steegjes, paleishuizen, een stoer kasteel en mooie pleintjes. De palmen, sinaasappelboompjes en de kleurrijke patio’s vormen een mooi contrast met het wit. Over de Arabische stadsmuren kun je kijken tot aan het oudste stadje van Europa: Medina Sidonia en bij de oude windmolens zie je gieren en parapenters zweven boven de moerassen en heuvels van La Janda.

Aan de voet van Vejer vind je in het gehuchtje Santa Lucía de oudste en meest kleurrijke kroeg van Cádiz met stierenkoppen aan de muur; Venta el Toro. Maar er zijn hier ook watervallen en een Romeins aquaduct. Vejer heeft haar eigen hagelwitte zandstranden, op 10 kilometer, El Palmar de Vejer, surfers paradijs!

Het Romeinse Besaro, Moorse Bashir, een onneembare vesting
In Vejer Frontera zijn al sporen van bewoning gevonden vanaf 800 v Chr, maar dit gebied is al veel langer bewoond, er zijn in de omgeving grot-tekeningen gevonden uit de neolithische tijd (6500–3000 voor Chr.) Vejer, Besaro genoemd in de Romeinse tijd, Bashir door de Moren, is door haar hoge ligging al meer dan tweeduizend jaar een strategische plek. De dikke vestingmuren hielden belagers door eeuwen heen tegen.

In de middeleeuwen kon je Vejer vanaf de zee nog per boot over de Rio Barbate bereiken. Barca de Vejer, aan de voet, was de haven en overslag plaats. Vanaf het strand liep je langs de rivier in een paar uur naar Vejer. Nu is de rivier grotendeels opgedroogd. Vanaf het jaar 711 was Vejer ruim vijf en een halve eeuw in de handen van de Moren. Overblijfselen van deze rijke cultuur zie je nog steeds, zoals in de hoefijzervormige poort van het kasteel, het hoogst gelegen punt van Vejer, de stadsmuren en het stratenplan.